Grote gevolgen.

De reformatie had voor iedereen gevolgen in Europa, zowel de koning als de gewone mensen. Het ging heel de tijd over geloof en het  was belangrijk of je protestants of katholiek was. Het uiteenvallen van de kerk had ook een acuut probleem: de kerk was niet echt verbonden met het wereldlijke bestuur. Ook kon een calvinist onmogelijk luisteren naar een katholieke bisschop, omdat ze verschillende meningen hadden. In een Duitse rijk was er hier een oplossing voor: het geloof van de vorst werd bepalend voor dat van zijn onderdanen (mensen die leven voor een vorst). Hierdoor ontstonden er verschillende geloven in verschillende gebieden. Het uiteenvallen van Europa in katholieke en protestantse gebieden liep alles behalve vreedzaam. Er braken grote oorlogen uit in Europa die tot de 17e eeuw voortduurde.